Een man zit al uren te vissen, maar zijn dobber blijft roerloos. Geen enkele beet.
Net als hij zijn spullen wil inpakken, komt er een andere visser aanlopen.
Die werpt z’n hengel uit… hap! meteen een vis.
Nog een worp… weer beet! Binnen tien minuten zit z’n emmer stampvol.
De eerste man kan zijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en vraagt:
“Hoe doe jij dat in hemelsnaam? Ik zit hier al de hele ochtend zonder iets te vangen!”
De tweede visser zegt:
“Da’s simpel. Als ik ’s morgens ga vissen, kijk ik eerst hoe mijn vrouw ligt te slapen.
Ligt ze op haar linkerzij? Dan vis ik aan de linkerkant.
Ligt ze op haar rechterzij? Dan vis ik rechts.
Werkt altijd.”
Hij draait zich om en loopt weg.
De eerste man roept hem nog na:
“En als ze op haar rug ligt dan!?”
Zegt de visser over zijn schouder:
“Tja… dan blijf ik natuurlijk lekker thuis.”