Hij kwam ergens uit de buurt van Edegem en stond bekend als behoorlijk religieus.
Voordat hij vertrok, wilde hij er zeker van zijn dat zijn vrouw trouw bleef. Dus – hoe ouderwets ook – deed hij haar een kuisheidsgordel om. De sleutel daarvan gaf hij aan zijn beste vriend, Bart, die een dorp verder woonde.
Tom zei:
“Als ik over twee jaar nog niet terug ben, mag je het slot openen. Dan moet ze maar verdergaan met haar leven. Ik zal dan waarschijnlijk wel ergens van de aardbol verdwenen zijn, je weet maar nooit.”
Bart knikte.
“Komt goed, maat. Goede reis!”
Nog geen dag later – Tom was amper tot in Mechelen geraakt – komt Bart plots met piepende banden naast hem rijden.
Tom schrikt:
“Wat is er in hemelsnaam aan de hand?”
Bart, buiten adem:
“Je hebt me de verkeerde sleutel gegeven!”