Dat Nederlanders sparen is bekend. Maar hoeveel spaargeld Nederlanders hebben in deze tijd is een vraag die wij graag willen beantwoorden. Hoeveel leggen zij eigenlijk apart, en op welke manier is dit de afgelopen jaren veranderd? In 2023 hadden alle Nederlanders in totaal tweeënvijftig miljard euro gespaard, wat neerkomt op 2.895 euro per inwoner en zij spaarden 5,6 miljard hoger euro dan in het jaar 2022. Dat is een grote prestatie in een tijd (na de oorlog in Oekraïne) dat alles duurder werd.
Spaargeld Nederlanders werd met de jaren meer
Het gekke is dat men Nederland steeds meer ging sparen naarmate er een grotere inflatie was. In 2013 spaarde men gemiddeld 1191 euro per bewoner, in het jaar 2014, 1478, 45 en in het jaar 2020 werd dat zelfs 4.131,58. De hoeveelheid spaargeld Nederlanders hebben, werd door de inflatie niet minder, omdat de arme bijvoorbeeld weinig of niets spaarde en de rijke heel veel waardoor het gemiddelde bedrag toch hoger werd dan het jaar daarvoor.
Vrije besparingen huishoudens
2013
1191,11
1374,77
2014
1478,45
1690,97
2015
1500,6
1714,7
2016
1883,11
2138
2017
1597,43
1777,07
2018
1866,22
2034,06
2019
2324,2
2475,5
2020
4131,58
4315,16
2021
3777,95
3777,95
2022
2606,41
2423,93
2023
2895,27
2519,81
* De vrije besparingen per inwoner zijn berekend door de vrije besparingen te delen door het gemiddelde van het aantal inwoners op 1 januari en het aantal inwoners op 1 januari het jaar erop.
Spaargeld Nederlanders bij 88 procent van de bevolking
Het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) geeft aan dat ongeveer 12% van de Nederlandse bevolking geen geld opzij legt als buffer tegen financiële tegenvallers. Zij geven daarom het advies om minstens 10% van het salaris opzij te leggen om financiële problemen het hoofd te kunnen bieden.