Wie is er nu eigenlijk grappiger: mannen of vrouwen? Die discussie lijkt al eeuwen te bestaan en zal waarschijnlijk nooit écht worden opgelost. Maar laten we eerlijk zijn, als het gaat om slechte woordgrappen, lijken mannen toch een beetje de kroon te spannen. Het soort humor dat vaak zó flauw is dat je eerst je wenkbrauwen fronst… en daarna tóch stiekem in de lach schiet.
Tekst loopt verder onder de video
Slechte woordgrappen op hun best (of slechtst)
Het mooie van slechte woordgrappen is dat ze nooit ingewikkeld zijn. Je hoeft er niet over na te denken; de kracht zit ‘m juist in de eenvoud en de overduidelijke woordspeling. Neem bijvoorbeeld de klassieker met twee peren en een kam: samen wordt dat natuurlijk kam-peren! Of een kaart waar een mes doorheen steekt: doorgestoken kaart. Het is flauw, voorspelbaar en toch onweerstaanbaar grappig.
En dan zijn er nog de visuele varianten die je onmogelijk kunt vergeten. Zoals een foto van een oververhit autootje met de tekst: “Daar is-ie dan, de hittegolf.” Of een pot met haring die op het strand ligt: potvis aangespoeld. Zulke grappen werken niet alleen op verjaardagen, maar ook perfect in de groepsapp – al moet je er rekening mee houden dat niet iedereen erom kan lachen.
Humor die mannen nooit zat worden
Wat opvalt is dat veel van deze slechte woordgrappen door mannen eindeloos herhaald worden. Of het nu gaat om een foto van twee peren naast een kam, een kamelenfoto die “paarden met rugtieten” genoemd wordt, of een fruit met een clownshoofd dat ineens een Bassievrucht blijkt te zijn – mannen blijven het fantastisch vinden.
Het mooie is: slechte woordgrappen zijn tijdloos. Ze kunnen altijd en overal. Op kantoor tijdens de lunch, in de kroeg of gewoon thuis bij de koffie. En zelfs al verzuchten vrouwen vaak dat ze “echt niet grappig” zijn, uiteindelijk weten we allemaal dat diezelfde vrouwen een paar uur later alsnog aan iemand anders de grap doorvertellen.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
Check ook:
